Scania R450

Bor Transporten Eindhoven koopt jong gebruikte Scania’s


Breda – Bor Transporten in Eindhoven is een familiebedrijf dat met 45 eenheden nationaal en interregionaal stukgoed rijdt. Maar het bedrijf doet dat nét even anders dan andere transportbedrijven. Een deel van het wagenpark is namelijk niet nieuw, maar bewust jong gebruikt aangeschaft. Recent verwierf het bedrijf opnieuw vijf Scania R450 4x2 trekkers, Euro 6, Topline met retarder.


“Wij kopen heel prijsbewust en rijden voornamelijk nationaal en ook nooit heel zwaar,” vertelt directeur en mede-eigenaar Addy Doorduin. “Dan zoek je een balans tussen wat je voor een truck wilt uitgeven en wat je er mee kunt doen. Hoewel wij ook nieuwe auto’s kopen, is een deel toch bewust jong gebruikt aangeschaft. Dat zijn meestal voertuigen die uit een shortlease contract teruggekomen zijn.”


Daarbij heeft Addy wel zijn voorkeuren. “Het liefst rijden wij Scania, dat is toch wel ons huismerk. Het moet natuurlijk wel een nette auto zijn, wit want dat is de basis van onze huiskleur. Ik wil ze doorgaans niet ouder dan twee jaar en met rond de twee ton op de klok. Daarbij moet voor ons ook de servicehistorie inzichtelijk zijn en het mooiste vind ik het als ik weet wie de vorige eigenaar was.”


Volgens Addy Doorduin zitten er aan jong gebruikt weinig nadelen. Zo ziet hij geen verschil in uitval. “Ik kan niet zeggen dat onze jonge gebruikte verworven auto’s vaker stilvallen dan de voertuigen die we nieuw kopen. Ook hoor je vaak dat je bij een gebruikte auto sneller onderhoud technisch aan de beurt bent dan met een nieuwe. Theoretisch gezien zou dat natuurlijk zo moeten zijn. Maar het is niet wat wij in de praktijk meemaken. En waar hebben we het over? Banden en blokken. Daarvan kun je de conditie voor de aankoop al zien. Verder is het toch vooral een kwestie van olie en filters.” Bor Transporten doet het onderhoud deels zelf en deels bij de Scania dealer in Eindhoven. “Die zit 100 meter verderop en het contact is uitstekend, dus dat gaat prima.”


Het bedrijf rijdt voornamelijk nationaal met hier en daar een uitstapje naar Duitsland, België of Engeland. “Op die manier komen wij niet verder dan een 80 tot 100.000 km per jaar. We zouden dus heel lang met de auto’s kunnen doen, maar toch gaan we niet meer zoals vroeger naar ver over de 1 miljoen. Dan zouden ze nu te oud worden. Ten eerste willen we toch wel euro 6 rijden. Verder merken we dat trucks steeds weer zuiniger worden dan hun voorganger. Te lang doorrijden kost dan domweg veel brandstof en Maut. Dus vanaf een jaar of acht bekijken we wat we gaan doen. Noem het maar een flexibele uitstroom.”


Als we met Doorduin over zijn medewerkers praten klinkt er een lichte trots door. “Bij ons soort werk hoort een bepaald type chauffeur. Die zijn niet dik gezaaid, maar ik moet zeggen dat wij heel weinig verloop kennen. En het lukt ons nog altijd om daarvoor steeds vervanging te vinden. Ik denk dat dat komt omdat wij echt actief een sociaal bedrijf willen zijn met oog voor onze mensen. Natuurlijk is het altijd een kwestie van geven en nemen. Soms moet er even doorgepakt worden. Maar dat doen de jongens dan ook weer voor jou. Zo maken we met zijn allen goede sfeer. En dat is, mogelijk, voor een binnenlandchauffeur die meestal ’s avonds weer thuis is, nog wel belangrijker dan de auto waar hij of zij mee werkt. Al denk ik dat er maar weinig chauffeurs zijn die klagen over een Scania met een hoge cabine.”